Goed geschoolde technici zijn nu en in de toekomst hard nodig. Een goede samenwerking tussen het (praktijk)onderwijs en bedrijfsleven is essentieel om deze mensen snel en breed inzetbaar te maken. Het partnerschap tussen VAPRO en PWN, het waterleidingbedrijf van Noord-Holland, is een goed voorbeeld van structurele samenwerking tussen het onderwijs en bedrijfsleven. In dit artikel laten we zien hoe VAPRO en PWN de handen ineen slaan bij het inrichten en uitvoeren van de mbo-opleiding Operator C.
De opleiding
De VAPRO-opleiding Operator C richt zich op alle facetten die deel uitmaken van het boeiende vakgebied procestechniek. Na het succesvol afronden van deze opleiding heeft de leerling een goede basis gelegd om zich te ontwikkelen tot een vakman/specialist op mbo-niveau in de procesindustrie. De opleiding maakt veel gebruik van planningsopdrachten en tussentijdse praktijkobservaties
Iemand met een opleiding VAPRO C draagt in de praktijk meestal de verantwoordelijkheid voor meerdere personen en machines. Dit vereist dus zowel een stevige brok technische kennis als goed ontwikkelde managementvaardigheden. Bij PWN zijn de leerling-bedrijfsvoerders met een VAPRO-C-diploma goed inzetbaar op alle (productie)locaties en kunnen ze zich ontwikkelen tot allround-bedrijfsvoerders.
De kracht van samenwerking
PWN biedt leerling-bedrijfsvoerders (leerlingen) een contract aan dat de leerlingen in staat stelt om gedurende een periode van drie jaar een dag per week naar school te gaan voor hun VAPRO C-opleiding, maar daarnaast ook nog vier dagen per week te werken. Ze krijgen de gelegenheid om naast hun reguliere werk aan hun taken en opdrachten te werken. De leerlingen moeten veel informatie voor de opdrachten ter plekke opzoeken.
Een belangrijk doel van de samenwerking is om leerlingen zo snel mogelijk in te zetten voor eenvoudige taken op de verschillende PWN-locaties. Denk hierbij aan het lossen van tankauto’s met chemicaliën en het lopen van inspectierondes. Hierdoor krijgen de leerlingen snel inzicht in de risico’s en gevaren van de productieprocessen en bouwen ze snel routine op met het besturingssysteem PAS.
Praktijkbegeleider
Een belangrijke spil binnen de samenwerking is de door PWN geleverde praktijkbegeleider Remco van der Gulik. Hij bespreekt de uitgevoerde VAPRO-taken en -opdrachten met de leerlingen en geeft (indien nodig) praktijkvoorbeelden. Zo kunnen leerlingen de opgedane theoretische kennis direct toepassen in de processen van PWN.
Daarnaast voert de praktijkbegeleider elke twee maanden overleg met de leerlingen over de voortgang van hun VAPRO-opleiding. Daarnaast neemt hij tussentijds praktijkproeven af. “De structuur van de VAPRO-opleiding, met onder meer de planningsopdrachten, tussentijdse praktijkobservaties en de juiste diepgang van de opdrachten, helpt mij als praktijkbegeleider om de vinger aan de pols te houden en tijdig bij te sturen als dit noodzakelijk is”, aldus Remco. De samenwerking tussen VAPRO en PWN vormt dus op diverse gebieden een succesvolle blauwdruk voor diepgaand praktijkonderwijs dat voor beide partijen heel nuttig is.